Je browser is niet ondersteund door onze website, gelieve een upgrade te doen van de huidige versie van je browser.
Spraak zijn gedachten die in de vorm van woorden over onze tong rollen. Hoewel het voor de meeste mensen een eenvoudig proces lijkt, is spreken niet voor iedereen vanzelfsprekend. Zeg eens “aaaaaa”. Gaat makkelijk, toch? Maar je hebt zojuist tot wel 100 spieren geactiveerd. Deze spreekspieren moeten dan ook nog eens met de juiste snelheid en kracht precies op hetzelfde moment samentrekken. Dit proces staat of valt met coördinatie en timing in het spraakmotorische gedeelte van de hersenen.
Stotteren is complex. Iemand die stottert heeft moeite om op het juiste moment, de juiste spieren met de juiste spanning én in de juiste volgorde aan te spannen. Stotteren uit zich in het herhalen van letters, lettergrepen, woorden of zinsdelen. Het kan ook dat de klank wordt aangehouden of dat men blijft vastzitten op de klank. Deze ‘onvloeiendheden’ treden vaak op in combinatie met meer spierspanning en versnelling of vertraging in de spraak.
Over de oorzaak van stotteren bestaat tot op vandaag nog onduidelijkheid. Wat wel vaststaat, is dat stotteren erfelijk kan zijn. Indien één van de ouders stottert, heeft elk kind tot wel 25% kans om ook te stotteren. Download ook ons e-book over logopedie.
Tussen het tweede en het vijfde levensjaar, wanneer een kind leert spreken, kan primair stotteren ontstaan. Er treden zogeheten ‘onvloeiendheden’ op maar het kind is zich hier nog niet echt van bewust. Het is heel normaal dat je peuter af en toe blijft ‘hangen’ bij de eerste letter van een woord of eens een lettergreep van een woord herhaalt. Maar als het frequent voorkomt en de onvloeiendheden elkaar opvolgen, kun je best eens bij een logopedist(e) gaan voor advies. Ruim de helft van alle jonge kinderen die stotteren spreken vloeiend voor hun tiende levensjaar.
Men is zich bewust van het stotteren en probeert dit op te vangen door middel van trucjes. Deze trucjes leert de persoon die stottert zichzelf aan uit angst om te stotteren. Er worden stopwoorden en synoniemen gebruikt of de persoon maakt bewegingen met zijn lichaam om het woord er toch maar uit te krijgen.
Primair en secundair stotteren kun je als omstander waarnemen. Toch is dit slechts het topje van de ijsberg. Hoe iemand omgaat met zijn of haar stottergedrag kun je vaak niet waarnemen. Iemand kan angst krijgen om te spreken, situaties uit de weg gaan en gevoelens van schaamte hebben.
Stotteren begint meestal bij peuters. Het wordt erger naarmate het kind ouder wordt.
Twijfel je nog? Maak dan gebruik van deze screeninglijst voor stotteren.
Als je kind stottert, is het aan te raden om in behandeling te gaan bij een logopedist(e). Je kunt op twee manieren een terugbetaling genieten. Lees meer over de wettelijke terugbetaling voor logopedie.
Wil je meer weten over communicatiestoornissen? Lees er alles over in ons e-book over logopedie.
Wil je meer weten over de verschillende leerstoornissen en logopedie? Download ons e-book.